Ga naar de inhoud

Midden april 2004 is door Oxfam International, gevestigd in het VK, een studie uitgebracht over het handelsbeleid van de EU inzake suiker. Het is Oxfam Briefing Paper 61 en draagt de titel : "Dumping on the World, How EU sugar policies hurt poor countries", "Dumping op de wereld, hoe het suikerbeleid van de EU arme landen treft"

Het suikerbeleid van de EU dwarsboomt de mondiale pogingen om de armoede te verminderen. Export subsidies worden [direct of indirect] gebruikt om jaarlijks 5 miljoen ton EU-suikeroverproductie op de wereldmarkt te dumpen. Exportkansen van ontwikkelingslanden worden daardoor geboycot. Niettemin hebben Afrikaanse suikerproducenten beperkte [voorkeurs-]toegang tot de EU-markten [speciale afspraken met ACP-landen, resp. de MOL-landen in het kader van Alles behalve Wapens]. Zij die garen spinnen bij het suikerbeleid volgens het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid van de EU zijn de grote boeren en de suikerverwerkers zoals Südzucker en British Sugar. De verliezers zijn de armen. De Europese consumenten en belastingbetalers financieren [met meer dan 2 miljard euro per jaar] een systeem wat kwetsbare mensen de mogelijkheid ontzegt om aan de armoede te ontsnappen en hun levensomstandigheden te verbeteren. Hervormingen zijn nodig om de Europese dumping te stoppen en de markttoegang voor de armste landen te verbeteren.

In dit verband is onderstaand bericht van belang dat via VILT komt van Thierry Kesteloot van Oxfam Solidariteit in Brussel. Hervormingen zijn nodig maar het systeem van productiebeheersing moet niet volledig overboord.

bericht van VILT 040315

"Suikerregime mag niet helemaal overboord"

Thierry Kesteloot (46) is een socioloog die zich bijschoolde in rurale economie. Hij werkte onder meer zes jaar als ontwikkelingshelper voor plattelandsontwikkeling in de Filippijnen, Laos, Cambodja en Haïti. In 1993 begon hij te werken voor Oxfam. Vandaag leidt hij er de campagnes over voedselsoevereiniteit.

Het klopt dat Oxfam International – een federatie van autonome Oxfams in 12 landen – zich in het verleden vrij kritisch profileerde over het Europese landbouwbeleid en z’n Suikerregime. Maar anderzijds werkt het Belgische Oxfam-Solidariteit al jaren samen met boerenorganisaties in Vlaanderen, Wallonië én in ontwikkelingslanden. Al meer dan drie jaar proberen we samen met de Confederatie van Belgische Bietentelers familiale boerenorganisaties uit Noord en Zuid samen rond de tafel te brengen. Bedoeling is te zoeken naar gezamenlijke standpunten en onderlinge belangenconflicten uit te praten. Dit engagement heeft overigens bijgedragen tot de ondertekening van de Dakarverklaring Dakar-verklaring.

Deze samenwerking met boerenorganisaties verklaart ook dat we niet enkel landbouw bekijken vanuit een Noord-Zuid perspectief, maar vooral vanuit een perspectief van voedselsoevereiniteit. Dat betekent het recht van alle volkeren en staten om hun eigen landbouw- en voedselbeleid te bepalen, zonder dat dit de landbouw in andere landen verstoort.

Uiteraard zijn we het met Oxfam International eens dat het bestaande Suikerregime de wereldhandel nog teveel verstoort. Deels met publieke fondsen laat het systeem de dumping toe van jaarlijks 5 miljoen ton suiker. Dit is onverdedigbaar en op termijn moet dit worden rechtgezet. Maar dat betekent niet dat bepaalde instrumenten van het Europese suikerbeleid zoals productiebeheersing, prijsondersteuning, invoerheffingen en preferentiële invoermaatregelen zomaar overboord moeten gekieperd worden. Integendeel. Marktregulering hoeft niet per definitie een vies woord te zijn, toch?

Oxfam Solidariteit pleit er alvast voor om het Europese quotasysteem voor de suikerproductie te behouden. De toegang voor derde landen moet gereguleerd worden in termen van toegang én prijzen die het voor de riet- én biettelers nog aantrekkelijk maken om te boeren. Ook al impliceert dit een herziening van het Everything But Arms Everything But Arms-akkoord dat na overgangstermijnen ongelimiteerde markttoegang in het vooruitzicht stelt van de armste landen.

We kunnen ons best vinden in het voorstel van de Europese suikerindustrie om de productie in te krimpen en om het systeem van aanbodbeheersing te behouden. Dat moet een einde maken aan de handelsverstorende export en misschien biedt het aan nog meer derdewereldlanden de kans om hun netto-overschot aan suiker uit te voeren naar de lucratieve Europese markt. Toch plaatsen we graag enkele kanttekeningen bij de manier waarop de voordelen van de toekomstige regeling zullen gespreid worden.

In landen zoals Engeland zijn er grootschalige bietentelers die ook in de toekomst enorm veel profijt zullen blijven halen uit het suikerbeleid. Laat duidelijk zijn dat Oxfam Solidariteit meer voelt voor een familiaal en duurzaam landbouwmodel die gericht is op de lokale markten. En wat met de suikerindustrie? Door de concentratietendens komt enorm veel marktmacht terecht in de handen van zeer weinigen. Dat een aanzienlijk deel van die industrie in coöperatieve handen is, biedt waarschijnlijk nog geen garantie dat de marktondersteuning billijk verdeeld worden tussen bietentelers en industrie.

Ook stelt zich de vraag hoe de preferentiële handel naar de EU billijk kan verdeeld worden. Via de MOL-landen? De ACP-landen? Moeten de oude koloniale banden het criterium blijven om andere landen a priori uit te sluiten? En dan zijn er tot slot de Europese landen die straks minder suiker zullen produceren. Kiest de EU voor een proportionele afbouw in alle lidstaten? Of zal de productie geconcentreerd worden op de meest vruchtbare akkers? Dat is de logica van de suikerindustrie. Maar zou het onlogisch zijn om eerst de C-suiker en dan pas de suiker onder

Anabolinen kolminaisuus on baari, jossa on kolme koostumusta, joku, joka on suorittanut useita leikkausjaksoja, hyötyy enemmän anabolisesta kolminaisuudesta takypnea Sana laajennus tarkoittaa kirjaimellisesti “laajennus”. Anabolinen kolminaisuus yhdistää 3 voimakasta anabolista ainetta rakentamaan vähärasvaisen massan, voiman ja vaihtoehtoisen lihasmäärityksen. Hard Rock -lisäaineet suunnittelivat tämän täydennyksen seuraavalle tasolle androvarin ulkopuolella. Vahvuutensa vuoksi se on tarkoitettu ehdottomasti Avivaden anabolisten käyttäjien käyttöön.

quota af te bouwen? In de praktijk komt dit neer op het behoud van solidariteitsbanden tussen meer en minder productieve landbouwers. Een omgekeerde logica?

Oxfam-Solidariteit ziet ook geen uitweg in het model van vorige hervormingen van het Europese landbouwbeleid. De dalende prijzen zorgen er immers voor dat onze boeren geen loon meer naar werken krijgen. Landbouwers worden steeds afhankelijker van rechtstreekse inkomenssteun, een financieringsbron die op langere termijn allicht verder zal inkrimpen. Wij willen niet dat het met de suiker dezelfde weg opgaat als met de andere akkerbouwteelten. Het mechanisme van de prijsondersteuning moet veeleer opgewaardeerd worden, zeker in het Zuiden.

Vrijhandel en voedselsoevereiniteit zijn immers geen synoniemen. Zowel in het Zuiden als in het Noorden stelt de samenleving meer verwachtingen in de landbouw dan puur economische. Voedselzekerheid en tewerkstelling zijn belangrijke parameters in derdewereldlanden, terwijl Europa hamert op voedselveiligheid, milieu, dierenwelzijn, landschapsonderhoud, etc. Vrijhandelsprofeten hebben weinig belangstelling voor deze waarden. Behalve enkele tropische gewassen, zijn de landbouwmarkten van de hele wereld vooral gericht op het voorzien in de lokale of nationale behoefte: slechts 10 procent van de landbouwproducten wordt verhandeld op de internationale markten.

Het gaat op die wereldmarkten voornamelijk over een afstemming tussen overschotten en tekorten, die onderworpen zijn aan zeer volatiele en ondergewaardeerde prijzen. Door de liberalisering van de landbouwmarkten, zij het door maatregelen die de markttoegang makkelijker maken of door het afbouwen van de tariefbarrières, zijn het nochtans die wereldmarktprijzen die tot de algemene norm verheven worden. En dit dan nog zonder rekening te houden met de ecologische kost van teelten en producten? Hoe kunnen we trouwens spreken over een universele norm als de producenten werken in economische en klimatologische omstandigheden die fundamenteel verschillend zijn?